Kruimelpad
- Home
- Alle Artikels
- Persoonlijk Verhaal
- Gelijke porties - het verhaal van Patricia en Muntaha
Gelijke porties - het verhaal van Patricia en Muntaha
Wij zijn voor gelijke porties. Niet alleen als er taart op tafel komt, maar ook als het gaat over onbetaalde arbeid. Toch is dat geen even grote evidentie. Cijfers blijven het aantonen, het overgrote deel van de onbetaalde arbeid - denk aan het huishouden, zorg voor de kinderen, de was en de plas - wordt vandaag de dag nog altijd door vrouwen gedaan. En zij boeten daarbij in aan eigen tijd. Tijd voor zichzelf, die broodnodig is.
Op Internationale Vrouwendag (8 maart) trekken we aan de bel! Vrouwen hebben te veel op hun bord. Het wordt tijd om de porties onbetaald werk gelijk te verdelen. En dat kan op verschillende manieren.
We gaan op zoek naar de vrouwen achter de cijfers. Onze eerste stop is in Helchteren, bij Patricia (63 jaar, kernlid van Femma Helchteren). Het huis ziet er piekfijn uit en overal hangen zelfgemaakte borduurwerkjes aan de muur. Hier woont een vrouw met veel tijd voor zichtzelf, denken we dan. Maar niets is minder waar. We laten Patricia de tafel dekken voor alle mensen waarvoor zij zorgt. Met haar aan de kop van de tafel heeft ze nog vijf lege borden bijgezet. Toch woont ze alleen met haar man samen.
Andere invulling van de weekenduitstap
Patricia: ‘Wij zorgen voor mijn vader en schoonmoeder, die dement zijn en allebei in een ander rusthuis wonen, maar ook voor mijn eigen moeder, die na twee tromboses vorig jaar hulp en verzorging nodig heeft. Daarnaast zorgen wij ook voor mijn zus, die gehandicapt door het leven gaat sinds een verkeersongeluk. Onze weekends zijn dan ook zeer druk. We rijden van en naar mijn zus, de verschillende rusthuizen, het ouderlijk huis. Maar we proberen wel zo vaak mogelijk iets leuks aan deze uitstappen te verbinden. Samen eten doet altijd deugd.’
Patricia is een goed voorbeeld van iemand van de sandwichgeneratie. Want naast het zorgen voor haar (schoon)ouders trok één van haar dochters en hun kleindochter voor een tijdje bij hen in.
‘Het moeilijkste was om opnieuw rekening houden met iedereen. Met werkuren, schooluren, maar vooral met ‘wat eten we vanavond’. Mijn kleindochter is een moeilijke eter, dus ik moest veel harder nadenken over wat ik op tafel zette. Ondertussen zijn ze naar een appartementje verhuisd en zijn wij blij dat we opnieuw met twee voor de televisie zitten. Alleen met het eten moet ik nog wennen, ik maak nog altijd te veel.’
Of hoe het anders had kunnen gaan
Patricia en haar man zijn ondertussen gepensioneerd en proberen de zorg en het huishouden gelijk te verdelen. Maar hoe ging het vroeger?
‘Ik was verpleegster en mijn man was zelfstandige met zeer lange werkdagen. In het ziekenhuis waar ik werkte, was er een crèche voor de kinderen van het personeel. Maar bij een overname van het ziekenhuis werd deze gesloten. En na de geboorte van mijn eerste dochter werd het duidelijk dat ik niet alles kon combineren. Dus ben ik gestopt met werken en werd ik meewerkende echtgenote in de zaak van mijn man. Waren er toen meer opvangmogelijkheden geweest die te combineren waren met mijn verschillende diensten of had ik halftijds kunnen werken, dan was ik zeker blijven werken als verpleegster.’
Waardering voor zorg
Een rustig pensioen zit er dus niet in voor Patricia en haar man. ‘Op dit moment vraagt het zorgen voor mijn ouders, schoonmoeder en zus heel veel tijd en energie. En het is niet altijd makkelijk om alles te blijven combineren. Ik heb zelf ook kinderen en kleinkinderen, die ook de nodige aandacht vragen of opvang nodig hebben. Maar ik ervaar wel heel veel dankbaarheid van de mensen waarvoor ik zorg en dat apprecieer ik enorm. En dat maakt het de moeite waard om te blijven zorgen. Zij beseffen heel goed wat wij allemaal voor hen doen. Dat maakt het voor ons haalbaar en ondertussen ploeteren we verder.’
Van Syrië naar België
Na de fijne voormiddag bij Patricia, rijden we verder naar Genk waar we afspraak hebben met Muntaha (al vier jaar vrijwilliger bij de Genkse Wereldvrouwen). Muntaha is van Syrische oorsprong en kwam vijf jaar geleden met haar man en vier kinderen naar België. Dat was een hele aanpassing.
Muntaha: ‘In Syrië was ik lerares Arabisch. Elke ochtend verlieten wij allemaal samen het huis, mijn man, mijn kinderen en ikzelf. Mijn kinderen en ik gingen naar school, mijn man naar zijn werk. School was veel vroeger gedaan dan in België, om twee uur ten laatste waren wij weer thuis. Dan was er tijd om samen te eten of te gaan picknicken, naar buiten te gaan, te spelen en taken te doen in het huis. In het weekend gingen we meestal mijn ouders in hun dorp bezoeken. Ook al kwam al het huishoudelijk werk op mijn schouders terecht - zo gaat dat in Syrië - toch had ik het gevoel veel meer eigen tijd te hebben dan hier in België, waar alles druk druk is.’
Gelijke porties in het huishouden
Ook Muntaha laten we de tafel dekken. Het wordt een bonte mengeling van borden, kommetjes en glazen, duidelijk bestemd voor een groot en druk gezin.
‘Dankzij de vrijwilligers van de Genkse Wereldvrouwen ben ik aan de opleiding zorgkundige begonnen. Ik ben ondertussen afgestudeerd en sinds september aan het werk. Het is een job met flexibele uren, dus niet elke dag is hetzelfde. Soms werk ik ’s morgens en dan heb ik het gevoel dat ik in de namiddag nog veel kan doen. Maar als ik in de namiddag werk, dan kom ik heel moe thuis. Dan is het koken, eten en slapen.
Sinds een paar maand zijn we ook verhuisd van een appartement naar een groot huis, waar mijn kinderen een eigen kamer hebben. Daar hadden zij echt wel nood aan. Die verhuis en het feit dat ik opnieuw aan het werk ben, betekende wel dat er thuis een paar dingen moesten veranderen. Ik heb mijn kinderen de verantwoordelijkheid gegeven over hun eigen kamer. Die moeten ze zelf schoonhouden. Ze moeten zelf zorgen voor hun kleren; opruimen en opplooien is niet mijn taak. Ze hebben ook elk een eigen deel van het huis dat ze moeten stofzuigen. En dat doen ze allemaal, ook mijn drie zonen. Alleen afwassen en koken willen ze niet doen. Mijn dochter wel, die helpt af en toe in de keuken. En mijn man kan ondertussen ook al twee dingen koken! Of hij brengt iets lekkers mee van de Turkse bakker, zodat er niemand in de keuken moet staan. Een hele verandering.’